Ontwikkeling R&D-investeringen in Nederland

Ondernemingen spannen zich in om R&D-investeringen ondanks COVID-19 op niveau te houden.

In opdracht van TNO heeft Dialogic een inschatting gemaakt van de ontwikkeling van de R&D-uitgaven en R&D-uitbesteding door ondernemingen in Nederland over 2021 en 2022. Om het gevraagde beeld te kunnen geven heeft Dialogic in samenwerking met PanelWizard Direct een survey uitgevoerd onder een panel van 462 werkende Nederlanders vanaf 18 jaar die werkzaam zijn in commerciële ondernemingen met R&D-activiteiten. Daarnaast heeft Dialogic met vertegenwoordigers van 11 R&D top performers in Nederland (ASML, Philips, KPN, Janssen, DSM, VDL, Rijk Zwaan, Vanderlande Industries, DEMCON, Damen en ING) interviews gehouden.

Uit de door ons uitgevoerde survey en interviews blijkt dat ondernemingen zich inspannen om hun R&D-investeringen ondanks de COVID-19 crisis op niveau te houden. Het merendeel lijkt hierin te slagen, maar er zijn ook diverse categorieën ondernemingen die hun eigen R&D-inspanningen en R&D-uitbesteding noodgedwongen moeten bijstellen.

Op basis van een survey onder een panel van respondenten die werkzaam zijn in een onderneming met R&D geeft 50% aan dat in de onderneming waar zij werkzaam zijn in 2020 de (zelf uitgevoerde en uitbestede) R&D is toegenomen ten opzichte van 2019. 31% van de respondenten geeft aan dat de R&D-inspanning gelijk is gebleven en ‘slechts’ 10% geeft aan dat R&D in 2020 ten opzichte van 2019 in meer of mindere mate is afgenomen. Deze verdeling is niet wezenlijk anders voor de verwachting van de ontwikkeling van R&D-activiteiten in 2021 (t.o.v. 2020) en 2022 (t.o.v. 2021), hoewel de onzekerheid hieromtrent wel toeneemt. Kleine ondernemingen en ook een deel van de dienstensectoren blijken hierbij kwetsbaarder.

Uit de interviews met 11 top R&D performers blijkt eveneens dat het effect van de huidige COVID-19 crisis op de R&D-investeringen vooralsnog beperkt lijkt. Behoud van de eigen R&D-capaciteit geldt als topprioriteit. Wat betreft het R&D-klimaat geven de 11 geïnterviewde R&D top performers aan dat er nog winst te boeken is op stabiliteit en continuïteit van overheidsbeleid, beschikbaarheid van R&D-talent en een ‘groter toekomstplan’ c.q. een overheid die duidelijke keuzes maakt wat betreft prioriteiten voor R&D-investeringen en innovatie.

R&D en innovatie zijn cruciaal voor toekomstig verdienvermogen en realisatie van maatschappelijke transities, maar de overall R&D-intensiteit van de Nederlandse economie over de hele breedte is te laag. Uit aanvullende deskresearch komt onder meer naar voren dat over de periode 2005-2019 de bruto binnenlandse R&D-uitgaven in Nederland als aandeel van het bbp zijn toegenomen. Ze blijven echter nog altijd achter bij acht referentielanden (België, Denemarken, Duitsland, Finland, Oostenrijk, VS, Zuid-Korea en Zweden) en liggen op het niveau van de EU-28 als geheel. De R&D-uitgaven van bedrijven zijn in vergelijking met de referentielanden nog altijd laag.

Voor meer details en cijfers, ook ten aanzien van de R&D-uitbesteding door Nederlandse bedrijven met R&D-activiteiten, verwijzen we graag naar de management summary van het rapport of het hele rapport.

  • Publicatienummer
    2021.027-2117
  • Publicatiedatum
    21 april 2021
  •  
  • Projectnummer
    2021.027
  • Opdrachtgever(s)
    TNO
meer weten over dit onderwerp? Neem contact op met Pim den Hertog
Partner